Peterselie is zonder twijfel het meest bekende en het meest gebruikte kruid, en niet alleen in Nederland. De frisse smaak past bovendien bij heel veel gerechten.
Peterselie wordt niet alleen vaak in rauwkost, visgerechten, en andere maaltijden gebruikt om de smaak. Het kruid wordt ook vaak gebruikt als decoratie van gerechten.
En dat komt natuurlijk door de vorm van de bladeren. Maar dat is natuurlijk allen van toepassing op de gekrulde peterselie, de platte peterselie wordt alleen gebruikt om door andere gerechten te mengen.
En dat is niet het enige verschil tussen beide versies. De platte bladpeterselie heeft een heftigere smaak. Het kan zelfs een beetje prikken in de mond. Het smaakt wat meer naar peper of naar bleekselderij.
Dat is ook de reden dat veel mensen de platte bladpeterselie verwarren met selderij. Het blad ziet er nagenoeg hetzelfde uit, pas aan de smaak proef je het verschil.
Overigens smaakt de krulpeterselie wat zachter. Vaak staat in recepten welke versie je moet gebruiken, maar dat is natuurlijk voor een groot gedeelte afhankelijk van je eigen smaak.
Hoe gebruiken?
Platte peterselie wordt dus eigenlijk niet ter decoratie van gerechten gebruikt. Er is wat uiterlijk eigenlijk ook geen leuks aan te zien. Dat is bij krulpeterselie geheel anders.
Je kunt het zo gek niet bedenken of je kunt het gerechten wel afmaken of garneren met krulpeterselie.
Bij recepten staat vaak vermeld welke versie je voor het gerecht moet gebruiken. Dat hangt dus ook van je eigen smaak af, maar eigenlijk kun je het simpel verdelen.
In salades en andere koude gerechten gebruik je krulpeterselie, moet de peterselie mee gekookt worden of mee gebakken, dan gebruiken we meestal platte bladpeterselie.
Maar als je dat precies andersom wilt doen is dat natuurlijk ook niet erg.
Peterselie, je moet er wel van houden, kun je ook drogen en dan het blad gebruiken om thee van te zetten. Dat heeft een bijzondere smaak.
Peterselie bewaren
Laten we eerst eens bekijken wat je precies kunt gebruiken. Meestal wordt alleen het blad gebruikt, maar je kunt de stelen ook gebruiken.
Deze zijn weliswaar een beetje harden dan het blad, maar bijvoorbeeld in soepen kan dat prima.
Let in de winkel goed op wat je koopt. Peterselie, plat en gekruld, moet vers zijn. Zitten er gele bladeren tussen, of hangt de peterselie slap, dan niet kopen. Ook niet als de bladeren een beetje dof ogen. Dat is niet vers, dus niet kopen.
Slimmigheidje bij het bewaren, snij een heel klein stukje van de onderkant van de stelen en plaats de steel inclusief blad in een potje of glas met water. Zo blijft het langer vers. Zet je het in de koelkast blijft het nog langer vers.
Wil je de peterselie gewoon liggend bewaren in de koelkast, dan graag uit plastic zakje halen en droog in de koelkast leggen. Niet in de groentelade dus.
Ook regelmatig controleren. Haal gele en doffe bladeren eruit.
Invriezen
Peterselie kun je vanzelfsprekend invriezen, en dat ook nog eens bij beide versies.
Invriezen doe je overigens bij voorkeur met verse peterselie. Met of zonder steel, gesneden of hele bladeren. Het kan allemaal.
Bladeren hoef je niet te snijden als je deze in een diepvrieszakje invriest. Je haalt het zakje als je het kruid nodig hebt uit de vriezer en wrijft het tussen je handen fijn. Je worden de bevroren bladeren klein gemaakt zonder mes, en kun je de stukjes meteen in het gerecht gooien. Ontdooien is dus ook niet nodig.
